Einde in zicht voor mainframe en Unix-server Fujitsu

Fujitsu staakt aan het einde van dit decennium de verkoop van zijn mainframes en Unix-serversystemen. De ondersteuning zal daarna nog vijf jaar worden voortgezet. Naar verwachting zullen klanten tegen die tijd zijn overgestapt naar de cloud.

Dit meldt de Engelse techsite The Register die stuitte op een recent bericht op de website van de Japanse it-gigant. Daarin schetst Fujitsu een tijdschema voor het verschuiven van Fujitsu's mainframes en Unix-servers naar de cloud, als onderdeel van een nieuw bedrijfsmerk, Fujitsu Uvance. In dit hybride it-model biedt het it-concern allerlei 'as-a-service'-mogelijkheden aan, zoals high performance computing (hpc) als online-abonnee-dienst en netwerk-as-a-service (software defined 5G). Ondersteund door beveiligings- en databeheerdiensten en connected services.

Als onderdeel van deze hybride it-roadmap zal Fujitsu tegen 2030 stoppen met de productie en verkoop van zijn mainframesystemen, en tegen eind 2029 ook met zijn Unix-serversystemen. De ondersteunende diensten voor beide portfolio's zullen daarna nog vijf jaar worden voortgezet, wat betekent dat deze in 2034 zullen eindigen voor Unix-servers en in 2035 voor mainframes.

Wel heeft Fujitsu in 2024 nog een nieuw model in zijn GS21-mainframelijn op de planning staan. Voor de Unix-serverlijn Sparc M12 staan er alleen aanpassingen op het programma (later dit jaar en mogelijk in 2026). Daarbij gaat het om regelgeving-updates en het vervangen van chipcomponenten.

Volgens The Register lijkt het eindpunt nog lang weg, maar doen vooral mainframe-klanten er goed aan om op tijd te beginnen met de migratie van toepassingen naar een ander platform of naar een IBM-mainframe of om toepassingen opnieuw op te bouwen op een modernere infrastructuur. Veel van deze mainframes zijn er nog omdat de code nog draait en de bedrijfslogica is gekoppeld aan de hardware, aldus een door de techsite opgevoerde woordvoerder van Gartner Research. Die stelt ook dat het voor gebruikers van Unix-servers een minder urgent vraagstuk is, omdat hun workloads relatief gemakkelijk kunnen worden overgezet naar Linux.