Smartwatches blijken lang niet zo slim als fabrikanten willen doen geloven. Ze kunnen geen onderscheid maken tussen stress en opwinding. Iemand die veel games speelt en daarbij regelmatig opgewonden raakt, kan zo onterecht de indruk krijgen dat zijn of haar stressniveau hoog is.
Dit blijkt uit onderzoek van neurowetenschapper Denise van der Mee, die op 12 september op dit onderwerp promoveert aan de Vrije Universiteit (VU) te Amsterdam. De berekende stress-scores zijn weinig betrouwbaar, zo luidt haar conclusie. Dit geldt zeker als je dit soort consumentenelektronica vergelijkt met wetenschappelijke apparatuur.
Samen met andere wetenschappers onderzocht Van der Mee de technologie van veelgebruikte smartwatches onder uiteenlopende omstandigheden. Alle smartwatches, zowel van Fitbit, Garmin als Apple, gebruiken min of meer hetzelfde algoritme, stelt Van der Mee op de site van de VU. Die gadgets meten stressniveaus aan de hand van lichaamssignalen, in combinatie met persoonsgegevens zoals leeftijd, geslacht en beweegpatroon.
Van der Mee noemt als voorbeeld de situatie tijdens het gamen. 'Door opwinding gaat de hartslag omhoog. Maar dat betekent allerminst dat de gamer stress ervaart. Deze voelt opwinding. Maar dat verschil constateert het horloge niet. Bovendien zijn de verschillen tussen mensen enorm en niet te meten met alleen die indicatoren. Zo heeft de ene persoon een hogere hartslag in rust dan de ander. En schiet de hartslag inderdaad omhoog, dan moet er onderscheid worden gemaakt tussen positieve stress, zoals opwinding, en negatieve stress. Dat doen die horloges niet.' Terwijl de effecten op het lichaam heel anders zijn, aldus Van der Mee. 'Kortdurende opwinding heeft over het algemeen geen negatief effect op het lichaam. Langdurige negatieve stress heeft dit wel.'
Claims
Een slim horloge kan dus ten onrechte concluderen dat iemand langdurig stress ervaart, terwijl opwinding en stress elkaar eigenlijk afwisselen. En dat is niet altijd zonder gevolgen. 'Als een smartwatch zegt: je bent gestrest, nemen veel mensen dat voor waarheid aan. Hierdoor kunnen ze zich zorgen gaan maken of kan hun al bestaande stress verergeren.'
De promovenda vindt dat fabrikanten te vrij zijn in de claims die ze mogen maken. Volgens haar ligt daar een taak voor de wetgever. 'De term stress moet worden vervangen door een neutrale term. Maar die is er in het Nederlands nog niet.'
Thesis
Van der Mee heeft voor haar thesis geen specifieke algoritmes onderzocht., maar ze weet dat al die algoritmes op dezelfde manier de hartslag meten. Volgens haar kan het apparaat daaruit niet concluderen dat iemand gestrest is. 'Zelfs als je de sensoren gebruikt zoals in het laboratorium, kan je daarmee lastig stress voorspellen,' stelt ze.
Het VU-onderzoek richt zich op het valideren van de ruwe data vanuit de horloges. Het signaal dat Van der Mee heeft gevalideerd, is nu beschikbaar in de NoWatch. Dit horloge gebruikt ElectroDermal Activity, een biosensing-technologie van Philips. De Nowatch schat iemands stressniveaus in en claimt diens cognitieve toestand of concentratievermogen, tot zestig minuten van tevoren, te kunnen voorspellen.
Volgens de fabrikant van de Nowatch is huidgeleiding een veel betere voorspeller van cognitieve vaardigheden dan alleen de hartslag, die andere wearables gebruiken om overstimulatie te registreren. Maar Van der Mee vindt dat ook data uit deze bron te gemakkelijk op het scherm van de gadget worden gepresenteerd als een 'stress-score' aan consumenten. De meesten zien dat als iets negatiefs en gaan zich zorgen maken.