De digitalisering van de overheid gaat te langzaam en blijft achter bij de verwachtingen van burgers. De dienstverlening is nog teveel aanbodgestuurd en moet meer vraaggestuurd worden, waarbij de mens centraal moet staan. Die punten komen naar voren in een aanbiedingsbrief voor het Digiprogramma 2017 die minister Plasterk (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
In het Digiprogramma 2017 zijn de ambities en activiteiten van de overheid ten aanzien van de generieke digitale infrastructuur gebundeld. Ook wordt gerapporteerd over het afgelopen jaar.
De minister schrijft: 'In het Digiprogramma 2017 ligt de focus op een verschuiving van denken naar doen. Doorontwikkeling en vernieuwing moet meer gericht worden op het centraal stellen van de mens en dus op het verschuiven van een aanbodgerichte naar een meer vraaggerichte generieke digitale infrastructuur.'
Hij stelt dat het Digiprogramma 2017 voortbouwt op de basis die op orde is gebracht. 'Maar we weten dat er meer nodig is om ervoor te zorgen dat de overheid gelijke tred houdt met de technologische ontwikkeling en de behoeften en verwachtingen van mensen. Tempo en ambitie zijn hiervoor nodig', aldus de minister.
'Tandje bijzetten'
Plasterk heeft een studiegroep aangewezen die voor de nieuwe kabinetsperiode met concrete adviezen moet komen voor verbetering van de digitale overheid. Die Studiegroep Informatiesamenleving is samengesteld uit deskundigen uit de publieke en private sector en moet advies uit gaan brengen over hoe de overheid gelijke tred kan houden met ict-ontwikkelingen en hoe die kunnen voldoen aan de behoeften en verwachtingen van burgers.
Digicommissaris Bas Eenhoorn schrijft in het voorwoord van het Digiprogramma 2017: 'Wordt het in 2017 erop of eronder voor de digitale overheid? Of liever: is de overheid in staat te voldoen aan de verwachting van de mensen in de informatiemaatschappij?'
'Ondanks de ambities van de Rijksoverheid om in 2017 interactief digitaal te werken, en het digitale programma 2020 van de lokale overheden, zullen we een tandje bij moeten zetten', stelt hij.
