Ict-detacheerder IT-Staffing heeft in de onderhandelingen over de overname van de goodwill van de failliete branchegenoot Corso geprobeerd om de facturatie over oktober 2013 naar zich toe te halen. Curator Coen Houtman ging hier echter niet mee akkoord. Als dit wel was toegewezen, dan waren de facturen van de freelancers over deze maand veilig gesteld. Nu valt deze omzet in de boedel en zal aangewend worden om schuldeisers te betalen.
‘Het is jammer’, laat Wessel van Alphen sr., oprichter van de Staffing Groep, moedermaatschappij van IT-Staffing, gelaten aan Computable weten. ‘Zoals iedereen weet zijn de Belastingdienst en de bank preferent en die krijgen als eerste hun geld bij een faillissement. Wat er overblijft wordt verdeeld over de overige crediteuren. Wij hebben tot het laatst geprobeerd de facturatie over oktober naar ons toe te halen. Als dat gelukt was, dan waren de facturen van de freelancers over oktober veilig gesteld. De curator moet echter de belangen van alle crediteuren behartigen en ging niet akkoord. De omzet over oktober valt nu helaas in de boedel en zal aangewend worden om schuldeisers te betalen.’
Belang in Amigoo
Eerder dit jaar kocht Van Alphen sr. zich op persoonlijke titel voor 15 procent in in Amgigoo, de werkmaatschappij waar Corso vlak daarvoor was uitgestapt. Zijn inmenging in Amigoo staat volgens hem volkomen los van de verzelfstandiging en het faillissement van Corso. ‘Niemand heeft het faillissement van Corso kunnen voorzien. Het is in ieder geval keurig volgens het boekje verlopen. Er is met open vizier onderhandeld en er zijn juristen, accountants en het zittend management van Corso bij betrokken geweest. Het is een pre-pack faillissement, wat de curator ook al heeft toegelicht. Hij heeft niet zonder reden voor IT-Staffing gekozen.’
Van Alphen sr. heeft trouwens gemengde gevoelens bij dit faillissement. ‘Er zijn alleen maar verliezers. De gevolgen van een faillissement voor freelancers kunnen wel voorkomen worden. Er zijn twee heldere oplossingen. Ten eerste is dat het Persoon Gebonden Vangnet. Dat maakt het mogelijk dat alle werkenden, dus werknemers en zelfstandige opdrachtnemers, zich op maat kunnen verzekeren. Een palet aan keuzes moet het mogelijk maken dat iedereen zich kan verzekeren, zoals zijn persoonlijke omstandigheden dat vereisen. De ziektekostenverzekering is daar al een voorbeeld van. De wetgeving moet aangepast worden en verzekeraars moeten verplicht worden elke werkende te accepteren, maar de verzekeraar krijgt wel het recht om maatregelen tegen misbruik te nemen. De regering mag minimumeisen aan verzekeraars en aan werkenden stellen. Ook aan werkenden, ja, omdat bij tegenslag de werkende in ieder geval een inkomen heeft, en geen beroep hoeft te doen op de maatschappij.’
Derdengelden
Als tweede oplossing noemt Van Alphen sr. een stichting Derdengelden. ‘Dit is meer specifiek voor de zelfstandigen. Gelden betaald aan een stichting Derdengelden blijven buiten het vermogen van de vennootschap en daarmee zijn betaalrisico’s uitgesloten. Mits de eindopdrachtgever betaald, natuurlijk. De stichting mag de van de opdrachtgever ontvangen gelden alleen en uitsluitend aanwenden om de rechthebbenden te betalen. De rechthebbenden zijn de zelfstandige opdrachtnemers en daarmee is de cyclus rond. Allemaal notarieel geregeld. Je kunt het vergelijken met het kopen van een huis. Je betaalt op Derdengeldrekening van de notaris, zodat, in geval van calamiteiten, je je geld niet kwijt bent. Zo’n stichting Derdengelden, speciaal voor zzp’ers, bestaat overigens al.’
Lees ook