Het is eigenlijk elk jaar hetzelfde. Zodra de pepernoten in de winkel liggen, kondigt Apple een nieuwe iPhone aan. We zijn inmiddels bij nummer 15 aangekomen. Zoals gewoonlijk komt Apple met twee nieuwe types, een gewone en een Pro, waarbij de gewone de Pro van vorig jaar is. Je koopt dus een toestel van een jaar oud. Wil je graag een Pro, dan moet je gewoon even een jaartje wachten tot Apple de markt heeft afgeroomd. Dat is goed voor je portemonnee.
Maar laten we het dit keer over iets anders hebben. En dus ook niet over de vier nieuwe camera’s, de extra action-button die er een jaar later weer afgaat of dat de iPhone ondanks de usb-c-aansluiting nog steeds super traag oplaadt. Nee, Apple zegt dit keer voor duurzaam te gaan. En dat is natuurlijk goed nieuws. We moeten met z’n allen minder verspillen en veel minder energie verbruiken. Vandaar dat Apple nu ook inzet op duurzaamheid. Wel een beetje laat voor een bedrijf dat is opgericht door een veganist, maar beter laat dan nooit.
Goedkoper en minder duur
En wat doet Apple er dan aan om deze planneet te redden? Het toestel wordt in China gemaakt van gerecyclede materialen en is energiezuinig ontworpen. Twee dingen die toevallig niet alleen goed voor het milieu zijn maar ook nog eens goed voor de portemonnee van Apple. Ze gebruiken goedkoper materiaal en verbruiken minder dure brandstof bij de productie.
Traag als dikke stront
Maar als Apple echt duurzaam wil zijn, komen ze natuurlijk niet elk jaar met een nieuwe telefoon op de markt. Dan zorg je ervoor dat er een telefoon komt die twintig jaar meegaat, zonder dat je telefoon zo traag als dikke stront wordt bij de eerst volgende software-update. Maar dat is natuurlijk voor Apple niet zo goed voor de portemonnee.
Lees ook